.comment-link {margin-left:.6em;}
Adverteren bij Daisycon



woensdag, januari 26, 2005

Rineke Dijkstra ontleed

In het kritische artikel Schoonheid zonder passie in het Brabants Dagblad wordt de alom bejubelde fotografe Rineke Dijkstra eens van een andere kant bekeken dan vanuit haar eigen Rietveld-clan:

Het gaat Dijkstra, zoals ze zelf vier jaar geleden heeft gezegd, om het zoeken naar specifieke karakteristieken van individuen in groepen. "Ik ben geïnteresseerd in de paradox tussen identiteit en uniformiteit. Het is die paradox die ik probeer te visualiseren door me te concentreren op poses, houdingen en gebaren."

Dat sloeg destijds vooral op de portretten die ze had gemaakt van jonge soldaten in Israël. Dijkstra fotografeerde ze tweemaal een keer als burger en de andere keer in gevechtsuitrusting. Jonge vrouwen en mannen in T-shirt, of met een automatisch geweer om de schouder tegen een neutrale achtergrond, respectievelijk op de Golanhoogte.

En dan wordt het kijken en vergelijken dat is immers waar Dijkstra op doelt met deze en vergelijkbare foto’s. Wat je dan waarneemt is dat soldaat Omri van de Givatti Brigade er wat plompverloren bijstaat in het gras en dat het geweer wel erg groot is voor zo’n jonge vent. De burger Omri kijkt met precies eenzelfde blik in de camera. Toegegeven er zit geen stof meer op zijn gezicht en de gel in zijn haar geeft hem een wat frivoler uiterlijk, maar verder is het toch echt dezelfde jongeman als op de Golanhoogte. Of worden we verondersteld uit de iets naar beneden getrokken mondhoeken op te maken dat hij het daar wat minder naar zijn zin had dan in zijn favoriete T-shirt? Dat kan, maar daarvoor is Dijkstra’s manier van fotograferen toch te eenduidig. Anders gezegd: het vastleggen van die ’paradox’ komt niet uit de verf. En dat geldt in feite voor al haar foto’s.

Het lijkt wel alsof de fotografe onbarmhartig haar onderwerpen kiest en vastlegt. Zelfs bij een op zichzelf bijzondere aardige sequentie van Almerisa voel je geen compassie of affiniteit met het meisje. En dat je in die reeks het asielzoekertje ziet veranderen van een bedeesde peuter in een zeer westers uitziende puber is aardig - maar daarmee houdt het dan ook op.

Dijkstra een portret probeert te maken van Omri, Almerisa en al die anderen, zonder een idee te hebben wat deze mensen bezielt. En - misschien nog wel belangrijker - Dijkstra weet geen persoonlijk standpunt in te nemen. Het lijkt wel alsof de kunstenares ’objectieve’ fotografie probeert te bedrijven, zo hard ogen haar afdrukken. Het is allemaal zo verschrikkelijk neutraal dat je haast zou willen smeken om meer betrokkenheid, meer lef, meer onderbuik.

Waar haar eerdere voorbeeld, Diane Arbus, terecht wordt geprezen omdat die letterlijk en figuurlijk vanuit de buik fotografeerde, ontbeert Dijkstra dergelijke passie en tegelijkertijd ook een dergelijke nederigheid. Het is niet voor niets dat de foto’s van Arbus je nog altijd bij de lurven pakken, bij haar ’modellen’ voel je dat het schuurt en wrikt. En niet alleen bij de door haar gefotografeerde ’freaks’, maar ook bij de ’gewone man of vrouw’. Dat maakt dat haar foto’s je lang, heel lang bijblijven. De bijna steriele foto’s van Dijkstra doen dat nauwelijks.






<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?